Precies een maand nadat de Volkskrant het digitale-krantenseizoen opende ( 9 mei) kwam het Algemeen Dagblad met een AD app (9 juni).
Beide innovaties zijn voorbeelden van ‘Technology Driven Distribution of Content’ (TDDC).
AD app, Rubik’s Kubus
Terwijl de structuur van de VK Editie nog aan de hand van de oorspronkelijke krant loopt, met de daarin toegepaste volgorde van rubrieken en bijlagen, kiest het AD voor een andere insteek.
De AD app ( “4 werelden in uw hand”) doet enigszins denken aan Rubik’s Kubus. ‘Swipend’ met je duim draai je de vier werelden om een verticale as: AD, Regio, Video, Topics. Elke wereld is weer opgebouwd uit een aantal subgebieden, die je bovendien nog kan afstemmen op je eigen interesses. Bij AD bijvoorbeeld in Net binnen, sport, show en daaronder nog verfijningen zoals koken, auto en voetbal. Filters.
Bij Regio kan je kiezen uit diverse regio, je kan regio’s toevoegen etc. Ook de andere werelden bieden opties voor onderverdeling.
Dataverzamelingen
In feite hebben we te maken met een database à la Google, met dit verschil dat de informatie in de krant zich aandient en opdringt (‘ik, ik, ik’) en de info in Google gericht gezocht moet worden.
Alleen smartphone
De app is uitsluitend toegankelijk via de smartphone. Tablets staan buitenspel.
De AD bezoekersstatistieken, die realtime op schermen te volgen zijn, hebben aangegeven dat de meeste lezers de smartphone gebruiken. De Y en Z generatie. Het product is afgestemd op de grootste doelgroep, waar de hoogste advertentieomzet te halen valt. Een innovatie die voorlopig nog gefinancierd moet worden uit de abonnementsgelden van de krant, gedragen door de X generatie (en de U,V,W). Wanneer zullen de omzetlijnen elkaar kruisen?
Nog meer dit seizoen
De Telegraaf vernieuwde drie maanden geleden zijn ruim vijf jaar oude app. Design en navigatie werden verbeterd en er kwam de mogelijkheid om eenvoudig artikelen op te slaan. Een voorspel op het digitale-krantenseizoen.
Het financieele dagblad (FD) komt op 10 september met een vernieuwing, na een jaar voorbereiding. Maarten Hafkamp schrijft in Adformatie hierover dat de ambitie is “de beste krant in het digitale tijdperk” te maken !!
“De doordeweekse krant biedt een design dat proeflezers associëren met online. De dagelijkse navigatiebalk op de eerste drie pagina’s van de krant geeft precies aan wat het FD die dag te bieden heeft”.
Uit een onderzoek van Motivaction bleek dat “naarmate lezers steeds vaker en langer digitaal lezen, de behoefte groter wordt aan een overzichtelijke, verdiepende en rustgevende krant”.
Overzicht bieden
Hoofdredacteur Jan Bonjer sluit in de NRC daarbij aan. Hij zegt “De papieren krant biedt overzicht. Dat heb je digitaal minder goed. Online-lezers zeggen vaak dat ze bang zijn dat ze iets missen. Print kan een checklist of naslagwerk zijn bij het digitale nieuws.” Zie hierover mijn commentaar op de Volkskrant Editie.
Een wat onduidelijke uitspraak van Bonjer is “We gaan over op een kleiner formaat omdat we een krant willen maken die beter past in een digitaal tijdperk. “
Nog meer digitale kranten
De meeste kranten hebben tegenwoordig een digitale versie, een website of een app. Zowel voor smartphones als tablets (minder).
Zoals de bladen van de Persgroep.
Met in Nederland: AD, Volkskrant, Trouw, Parool, De Gelderlander, Brabants Dagblad, Tubantia
En in België: ED, De Stentor, DeStem, HLN.
En ook die van Mediahuis.
Met in Nederland: De Telegraaf, Metro, NRC Handelsblad, nrc.next, Noordhollands Dagblad, De Gooi- en Eemlander, Limburgs Dagblad, De Limburger
En in België: De Standaard, Het Nieuwsblad,Gazet van Antwerpen, De Gentenaar, Het Belang van Limburg
R&D centraliseren
Met die ‘kranten gemeenschappen’ vraag je je af: waarom moet elke krant een andere website of app hebben? Het onderscheid tussen de produkten moet immers vooral van de (authentieke) content komen.
Liever dan een artikel wegzetten over meerdere kranten (om kosten te besparen) zou je kunnen denken aan een gecentraliseerde R&D.
Eén Persgroep R&D met een horde ict-ers en één dito Mediahuis R&D.
Dus: niet redacties centraliseren (trendy) maar de digitale ontwikkelafdelingen.
Edwin Kisman